maandag 1 november 2010

Si mangia bene

Vermoedelijk eet een Italiaan gemiddeld meer buiten de deur dan een Nederlander. Dat zal er wel de oorzaak van zijn dat Italianen een warme belangstelling hebben voor openbare eetgelegenheden en de ervaringen die men met deze gelegenheden heeft. In het kader van het lekkerbekken worden bovendien dikke boeken volgeschreven, zoals de Guida Critica Golosa die we een tijdje geleden hebben aangeschaft. Daarin schrijft de Presidente van de Regione Piemonte, mevrouw Mercedes Bresso ons bij wijze van welkom zo’n beetje toe, dat de geschiedenis van Piemonte via recepten en menu’s kan worden beschreven.


In streng contrast met de belangstelling voor eten buiten de deur is de kwaliteit van het idioom waarvan men zich bedient om de eetervaring te beschrijven. Dat gaat ongeveer als volgt:
  • Zeg Francesco, heb je nog lekker gegeten gisteravond?
  • Nu je het zegt, Amadeo, ik ben gisteren met mijn vrouw en haar ouders naar de Osteria Crota d’Calos gegaan, in Calosso.
  • Calosso, ligt dat niet in de buurt van Canelli?
  • Iets verder weg, in de richting van San Stefano Belbo, bovenop een heuveltop. Prachtig uitzicht overigens over de omringende dalen.
  • En hoe was het eten daar?
Nu wordt het gevaarlijk en moeilijk. Probeer maar eens de ultieme smaaksensatie te omschrijven. Veel hangt af van de juiste woordkeuze. Op het voorhoofd van Francesco verschijnen diepe denkrimpels. Hij heft de ogen ten hemel, als om inspiratie te vragen van de hogere macht. Zijn gelaat krijgt de pijnlijke uitdrukking van verstopping als hij worstelt om de woorden te vinden die alles zeggen zonder in uitweidingen en oeverloos culi-gezwets te vervallen. De lippen spannen zich als om deze alleszeggende woorden er uit te persen. Zweetdruppels verschijnen op zijn wangen. Dan klaart zijn hele gemoed op omdat het juiste antwoord klaar is om gelegd te worden. Amadeo, verklaart hij dan langzaam en bedachtzaam, elke lettergreep benadrukkend, met de autoriteit van de kenner die er geweest is: Si mangia bene.


Anticlimax der anticlimaxen! Zo ken ik er nog wel een paar! Je kunt er goed eten! Kan het nietszeggender? Mooie boel, is het soms de bedoeling dat we bij tijd en wijlen in restaurants terecht komen waar je niet goed kunt eten? Waar zijn restaurants anders voor? Maar wat was er dan zo lekker? Welke speciale gerechten waarvan je het bestaan niet eens vermoedde zijn op tafel verschenen? Zelfs in ons culinair-arme Nederland wordt informatiever en onderhoudender gesproken over de laatste restaurantervaring. “Gisteren toch zo lekker gegeten in de Zwarte Sahel. Gepocheerde sprinkhanen uit de Serengeti. Heerlijk knapperig in een pikante saus. Moet je ook eens proberen. Vooral die combinatie met gestremde melk was zooooo verrassend.”


Tsja, cultuurkloof…. We vergeten hier even dat de gemiddelde Italiaan niet buiten de deur gaat eten om iets anders te proeven dan thuis. Uitgezonderd misschien ultramoderne cosmopolieten uit Milaan of zo. Al die nieuwlichterij is helemaal niets gedaan. Zoals mama kookt zou het overal moeten zijn, alleen misschien met iets versere kruiden en minder kans op aanbakken. Wat je gegeten hebt is dus eigenlijk helemaal niet zo interessant (en daar hoef je het dus ook niet over te hebben), als het maar goed is.


Nog even iets anders: inderdaad hebben we gisteren buiten de deur gegeten in de Osteria Crota d’Calos, maar dan wel met Marco en echtgenote. Wat ook zo typerend is voor Italiaanse restaurantgewoonten: de moeite die het kost om te mogen betalen. Het is me gisteren weer niet gelukt. Marco was me voor, maar gaan betalen voor de koffie wordt opgediend vind ik eigenlijk een vorm van vals spelen. En niet voor het eerst! Ik ben ook een keer tegengehouden door een lid van het bedienend personeel, zodat Marco een beslissende voorsprong kon nemen. Het is vast iets Freudiaans, of minimaal heeft het met onore te maken. Betaalpotentie is tenslotte ook potentie, of zoiets. Bij de uitgang, toen duidelijk was geworden dat ik wederom achter het net had gevist, hebben Yolanda en ik Marco plechtig laten beloven dat wij de volgende keer… Het is echter verre van uitgesloten dat deze belofte ruim voor de volgende keer in de nevelen van de vergetelheid is opgelost. Italianen houden immers van vastigheid en traditie.


En hoe we gegeten hebben? Met mes en vork. En verder het hele vierluik van het cena (antipasto, primo, secondo, dolce, caffè). Veel gerechten die een Piemontese mama had kunnen bereiden, zoals sformato di porri con fonduta, en uova affogate in una ‘bagna ‘d bulé’. En hoe dat allemaal smaakte? Nou, laat ik er slechts dit van zeggen: si mangia bene.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten